Bali, Lombok, Gili, Sumbawa en FLores - Reisverslag uit Ubud, Indonesië van Roos Amstel - WaarBenJij.nu Bali, Lombok, Gili, Sumbawa en FLores - Reisverslag uit Ubud, Indonesië van Roos Amstel - WaarBenJij.nu

Bali, Lombok, Gili, Sumbawa en FLores

Door: Roos van Amstel

Blijf op de hoogte en volg Roos

28 November 2012 | Indonesië, Ubud

Lieve iedereen,

Bedankt voor alle reacties op mijn eerste reisverlag, erg fijn om wat berichten uit Nederland te krijgen. Vanwege weinig internet, veel leuke dingen en het uitvallen van de stroom, is het ondertussen bijna een maand geleden dat ik dat eerste verslag schreef, het wordt dan ook hoog tijd voor een tweede poging. Ik heb zo veel meegemaakt en geleerd in de tussentijd, dat ik hoop het allemaal in dit ene verslag te kunnen proppen. Bereid jullie in ieder geval voor op een lang verhaal..

Toen ik mijn vorige verslag schreef was ik in Lovina op Bali, waar ik wachtte op de Fransman waarmee ik die middag naar de hete bronnen in de buurt zou gaan. Die dag had ik niet veel meer te doen dan wachten, dus toen hij bijna een uur te laat was had ik er genoeg van en besloot ik het teleurstellende Lovina te verlaten.
De motortaxi bracht mij naar Tulamben aan de oostkust van Bali, wat een ongemakkelijke rit werd met twee personen, een backpack en een rugzak op een motor. Tulamben bleek voor het overgrote deel te bestaan uit duikcentra, vanwege prachtig koraal en een gezonken oorlogsschip vlak voor de kust. Accomodatie is er duur, maar na lang zoeken vond ik een betaalbare en zeer schone kamer in een Frans duikcentrum. De twee Franse duikinstructeurs, die bij mijn aankomst vewikkeld waren in een heftige schaakstrijd, bleken erg vriendelijk en nodigde me uit die avond met hen mee te gaan naar ‘de grote baas’. Deze bleek samen met zijn Indonesische vrouw in een enorme villa buiten Tulamben te wonen, waar we zeer hartelijk ontvangen werden. Terwijl de mannen heftige discussies voerden in het Frans, vermaakte ik mij prima met de vrouw des huizes, die een heerlijk diner aan het voorbereiden was. We aten op de grond en dronken Pastis, met het geluid van de zee en de krekels op de achtergrond.

De volgende morgen huurde ik snorkelspullen en ging op pad om het wrak te bekijken. Dit bleek echter moeilijker te vinden dan verwacht, en na een uur doelloos rond te hebben gezwommen werd ik opgepikt door een groep locals op een boot. In twee minuten brachten zij me naar de goede plek, en we spraken af die middag aan de andere kant van de rots te gaan snorkelen, omdat het daar volgens hen nog mooier was. Het gezonken schip was zeer indrukwekkend, en die middag snorkelde ik met mijn nieuwe vrienden tussen prachtig koraal en honderden gekleurde vissen.De volgende ochtend ging ik met een van de Fransen naar de markt om fruit te kopen en te ontbijten met geweldige pannekoeken met chocola en kokosnoot, waarna ik een busje aanhield langs de weg en op weg ging naar Padangbai.

Vanuit Padangbai wilde ik de pont naar Lombok nemen, maar deze bleek pas de volgende morgen te vertrekken en ik besloot te voet de omgeving van Padangbai te bekijken. Na een uur gelopen te hebben kwam ik terecht op een prachtig zwart vulkanisch strand, dat op een paar vissers na was uitgestorven. Na een tijdje het vissen bekeken te hebben wandelde ik verder door de hitte en kwam uiteindelijk terecht op een prachtig wit strand met blauwe zee en enorme golven. Nadat ik me een aantal keer in de gewelddadige zee had gewaagd, besloot ik een massage aan te nemen van een dikke goedlachse Indonesische dame, die ondertussen probeerde haar vier kleine kinderen binnen bereik te houden. De massage was heerlijk en daarna voelde ik me zeer ontspannen. Ik raakte aan de praat met haar zoon, die een poging deed mij wat Indonesisch te leren en een tekening maakte in mijn boek. Uiteindelijk zaten we te praten tot de zon onder was gegaan en het strand uitgestorven. Op zijn motor bracht hij me terug naar Padangbai, waar ik besloot vroeg te gaan slapen in mijn armoedige hotelkamer.

De volgende morgen miste ik bijna de pont omdat ik mijn was moest zien terug te krijgen, maar uiteindelijk zat ik veilig en en met schone kleren op de boot. Aangekomen op Lombok werd ik samen met een aantal andere backpackers in een busje geduwd, dat ons naar de haven bracht vanwaar de boot naar de Gili eilanden zou gaan. Wachtend op de boot raakte ik aan de praat met Helen uit Engeland en Siah uit Canada, die samen door Azie reisden. Het ietwat neurotische stadsmeisje Helen en de losgeslagen Siah vormden een vreemd maar ontzettend leuk koppel, waarmee ik het meteen goed kon vinden. De boottocht naar Gili Trawangan was erg heftig vanwege een zeer onrustige zee, en toen de bemanning spullen in waterdichte tassen begon te stoppen maakte we ons lichtelijk zorgen. Na een half uur kwamen we weliswaar misselijk, maar verder veilig aan op Gili Trawangan, waar we op zoek gingen naar het enige hostel op het eiland. Na een eeuwige zoektocht bleek het hostel zich niet alleen recht tegenover de haven waar we waren aangekomen te bevinden, maar bleek een bed in een dorm bovendien drie keer zo duur als een prive kamer. We besloten dan ook een kamer te delen in een van de vele hotels aan het strand, waar we uiteindelijk een hele week zijn gebleven.

Gili T bestaat uit weinig meer dan een straat langs het strand, en de activiteiten overdag beperken zich dan ook tot het maken van een wandeling rond het eiland (niet meer dan drie uur), snorkelen en op het strand liggen. Na een avond goed uitgaan kenden we echter het hele eiland, waardoor we overdag continu werden aangesproken en de leukste en raarste gesprekken voerden met locals en backpackers. Zelfs na een week vond ik het jammer om Gili T te verlaten en afscheid te moeten nemen van Helen en Siah, en alle andere rare mensen die ik daar had ontmoet.

Ik verliet het eiland samen met Joonas uit Finland, op zoek naar de goedkoopste manier om de Gunung Rinjani op Lombok te beklimmen. Uiteindelijk lukte dit door ons aan te sluiten bij een groepje van zes andere reizigers, dat de volgende dag met de klim zou beginnen. De Lonely Planet waarschuwt dat de Rinjani niet onderschat mag worden, omdat er elk jaar mensen dood gaan op de berg. Uiteraard onderschatte ik de klim alsnog, waardoor ik veel te weinig kleren bij me had en ’s nacht met geen mogelijkheid kon slapen van de kou. De tocht bestond uit drie dagen, de eerste dag klommen we naar de rand van de krater, de tweede dag naar het ijskoude bergmeer en de heerlijk warme bronnen en de derde dag aan de andere kant weer naar beneden. We sliepen in kleine tentjes, die samen met de matjes, slaapzakken, het eten en het drinken door porters naar boven werden gebracht. Hoewel de tocht meer uit klimmen dan uit wandelen bestond, deden zij alles op slippers, met de ontzettend zware vracht verdeeld over de twee uiteinden van een bamboestok. Bovendien bereidden ze ons eten, zetten onze tenten op en sliepen onder een zeil dat absoluut niet waterdicht was. In vergelijking met dat stelde onze prestatie niet erg veel meer voor..

Mijn groepje was erg langzaam, en elke dag raakte ik hen kwijt. De laatste dag wachtte ik samen met Joonas drie uur onder aan de berg, waarna we besloten met de jeep van een ander groepje mee te gaan. Zo ontmoetten we James uit Engeland en Manuel en Camille uit Frankrijk, met wie we afreisden naar de kustplaats Sengigi. Met deze groep had ik twee geweldige dagen, waarin we overdag op het strand lagen en ’s nachts kaarspelletjes speelden en naar de enige club gingen om tot diep in de nacht te dansen.

Omdat Lombok niet het meest geschikte eiland is om alleen rond te reizen, besloot ik James te volgen, die van plan was naar het eiland Sumbawa te gaan om te surfen. Na de hele dag onderweg te zijn geweest met bus en boot kwamen we aan in Taliwang, vanwaar we de bus wilden nemen naar Sekongkan, bekend als een van de beste surfplekken ter wereld. De bus naar Sekongkan ging echter pas de volgende morgen en we besloten in Taliwang te overnachten. Dit bleek een slecht plan, Taliwang is een van de meest deprimerende steden waar ik ooit ben geweest. Alles is grauw en er is werkelijk niks te beleven. We verveelden ons dan ook al snel en gingen vroeg naar bed.

De volgende morgen verliep de reis soepel en tegen het eind van de middag kwamen we aan in Sekongkan. Ook in Sekongkan is niks te beleven, het heeft echter wel een van de mooiste stranden die ik ooit heb gezien, met enorme rotsen in de zee. En het is inderdaad een geweldige plek om te surfen, maar alleen als je flink ervaren bent. Dat waren James en ik allebei niet, waardoor James vanaf dat moment ongezellig en chagrijnig was. Zonder hem heb ik me echter prima vermaakt, ik heb hardgelopen, een veel te lange wandeling gemaakt in de brandende zon en alle mooie stranden in de buurt bekeken. Ook ontdekte ik een hotel vlakbij dat van ons, waar alle surfers zich verzameld bleken te hebben en ik een avond heerlijk gegeten heb met gezellige mensen. Veel meer was er voor mij echter niet te beleven en ik besloot de volgende dag op weg te gaan naar het eiland Flores, waar ik hele goede verhalen over had gehoord.

Na een lange rit met motor en bus strande ik in Sumbawa Besar, de hoofdstad van Sumbawa. Daar aangekomen ging ik op zoek naar een betaalbaar hotel, dat onvindbaar bleek te zijn. Uiteindelijk koos ik een iets duurdere variant, met airco, wifi en een heerlijk bed, een luxe die ik lang niet had gehad. Ik was erg moe van de reis en wilde net op zoek gaan naar iets eetbaars, toen de jongen van het hotel vroeg of ik het leuk vond als hij me de stad liet zien. Eigenlijk wilde ik vooral slapen, maar dit aanbod kon ik uiteraard niet afslaan. In plaats van de verwachte motor kwam hij aanzetten met een enorme luxe auto met airco, waarin hij me de hele stad rondreed. Vervolgens nam hij me mee naar een restaurant waar we heerlijk gegeten hebben, waarna hij me terugbracht naar het hotel en ik onmiddelijk in slaap viel op het veel te fijne bed. De volgende ochtend bracht hij me naar het busstation, waar ik me voorbereide op een zeven uur durende busreis naar Bima, waar ik weer een andere bus zou moeten nemen om bij de pont naar Flores te komen.

De busreis bleek negen uur te duren en was een ware ramp. Naast dat niemand Engels sprak en iedereen met me op de foto wilde, stopte we elke vijf minuten en probeerde de chauffeur me te zoenen. Uiteindelijk kwam ik aan in Bima, waar de bus naar de pont pas om vijf uur de volgende ochtend bleek te vertrekken. Gelukkig ontmoette ik op het station een jongen die Engels sprak en mijn tolk wilde zijn bij het zoeken van een hotel. Toen dit gelukt was nam hij me mee uit eten en liet me het uitzicht over Bima zien vanaf een berg. Daarna was ik opnieuw erg blij met mijn bed, hoewel ik uiteindelijk de hele nacht wakker heb gelegen. Om vier uur ’s nachts pakte ik mijn spullen weer in en ging naar het busstation. De bus vertrok voor de verandering precies op tijd en al snel was ik op de pont. Hoewel de pont er acht uur over zou doen was ik erg blij dat mijn tijd op Sumbawa over was, al met al had het kale en ontoeristische eiland geen positieve indruk op me gemaakt.

Op de pont ontmoette ik Bruno uit Brazilie, met wie ik het goed kon vinden en de hele tocht goede gesprekken had. Aangekomen in het toeristische Labuan Bajo zochten we samen naar een goedkoop hotel en was ik erg dankbaar dat ik eindelijk een behoorlijke douche kon nemen. ’s Avonds ontmoetten we een Nederlands stel dat ons vertelde dat er in de buurt een erg mooie zwemplek met waterval was, waar we de volgende dag op de scooter probeerde te komen. Dit bleek minder makkelijk dan gedacht en toen het bergweggetje wel erg stijl werd en het ook nog eens ging regenen besloten we terug te gaan. De lucht was al snel weer blauw en onder aan de berg probeerde ik voor het eerst zelf op de weg scooter te rijden. Ik vond het geweldig en nam Bruno achterop terug naar Labuan Bajo.

De volgende dag ging Bruno duiken en ik op tweedaagse tocht naar Komodo eiland en Rinca, om de beroemde Komodo dragons te bekijken en te snorkelen. s’ Ochtends werd ik opgehaald en samen met een Frans en een Tjechisch stel naar ons huisje voor de komende twee dagen gebracht: een prachtige vissersboot met als bemanning een gestoorde kapitein en vriendelijke kok. De draken waren erg indrukwekkend, de eerste keer dat ik er een zag schrok ik me helemaal rot. We snorkelden bij de ‘Pink beach’, die dus echt roze is (!) en waar het koraal en de enorme hoeveelheid vissen onbeschrijfelijk mooi zijn. Vervolgens snorkelden we bij ‘Manta point’, waar ik vijf enorme Manta roggen heb gezien van drie meter breed. Het eten op de boot was onvoorstelbaar vers, de kapitein was overenthousiast en het was erg gezellig met de twee stelletjes. Bovendien zagen we vanaf de boot schildpadden, dolfijnen en een walvis! Al met al twee geweldige dagen.

De volgende dag heb ik niet anders gedaan dan geskypt, gelezen en gegeten, wat ik flink nodig had. Eigenlijk was het mijn plan om de rest van Flores te gaan bekijken, maar niemand had hetzelfde plan en ik zag er een beetje tegen op weer hele dagen in de bus te zitten zonder iemand die een woord Engels sprak. Daarom besloot ik Bruno te volgen, die de volgende dag terug naar Bali zou gaan, een reis die 36 uur in beslag zou nemen. Vol goede moed begonnen we de volgende morgen aan deze reis, om een dag later volledig uitgeput en beiden van al ons bestolen in Ubud aan te komen.

Ondertussen ben ik twee dagen in Ubud, waar ik een maand geleden ook al ben geweest. Mijn ervaring met Ubud is echter totaal anders dan de vorige keer. Het hotel waar we zitten is ontzettend mooi en betaalbaar, en wordt gerund door een hele lieve familie. De ‘papa’ van het gezin is heler en houdt sessies waarin alle voorstelbare kwalen verholpen kunnen worden. De mama van het gezin biedt continu vers fruit aan en heeft ons gisteren meegenomen naar een ceremonie, ze bleek genoeg traditionele kleren in haar kast te hebben om een hele school mee aan te kleden. Bovendien verblijven er nog meer mensen in het hotel, die stuk voor stuk ontzettend lief zijn. Iedereen hier staat rond zes uur ’s ochtends op en doet fanatiek aan yoga. Ook ik ben gisteren met yoga begonnen en eet alleen nog maar muesli en fruit. Met uitzondering van mij is iedereen in mijn yoga groep belachelijk goed en elk stukje van mijn lichaam doet nu pijn, maar ik voel me gezonder dan ik me in tijden heb gevoeld. In heel Ubud hangt de lucht van wierook, overal zijn ceremonies bezig en iedereen is vriendelijk. Absoluut een goede plek om mijn laatste week in Indonesie te besteden.

Naast dat ik al deze geweldige dingen heb meegemaakt, merk ik ook dat mijn manier van denken begint te veranderen. Terwijl ik me ten tijde van mijn eerste verslag nog vaak alleen en eenzaam voelde, merk ik nu dat ik de ruimte om alleen te zijn juist op zoek. De dagelijkse problemen van thuis lijken steeds minder belangrijk, wat ruimte geeft om over andere dingen na te denken. Steeds meer denk ik na over de algemene manier waarop ik in het leven sta, en de rol die andere mensen daarbij spelen. Ook merk ik dat de drang om de mooiste natuur en de geweldigste mensen te zien en ontmoeten steeds minder wordt. Mooie stranden of bergen beginnen namelijk steeds meer op elkaar te lijken, de ervaring van het reizen op zich is hetgene dat belangrijk wordt. De mensen die ik heb ontmoet denken allemaal anders over de wereld na, alle verschillende inzichten beinvloeden mijn eigen manier van denken. Daardoor wordt elke ontmoeting waardevol, zonder dat iemand de leukste persoon op de wereld hoeft te zijn. Ook de behoefte om zelf altijd leuk en bijzonder te zijn wordt minder, er is immers een stuk minder noodzaak indruk te maken wanneer je weet dat je iemand nooit meer terug zal zien. In feite ben ik hier meer mezelf dan ik thuis ooit zou kunnen zijn, omdat ik hier geen enkele verwachting hoef waar te maken. Aan de andere kant zorgt het reizen ervoor dat de vanzelfsprekendheid van alles dat thuis zo normaal is verdwijnt, wat de waarde ervan vergroot. Veel ‘echte reizigers’ die ik heb ontmoet, hebben niet de behoefte ooit te stoppen met reizen, omdat ze geen echt thuis meer hebben. Ik ben juist ontzettend blij dat ik iets heb om naar terug te gaan.

Over minder dan een week vlieg ik naar Maleisie, om Indonesie voor lange tijd achter me te laten. Ik zie er naar uit om een nieuw land te ontdekken, met ander soort mensen en andere natuur. Nog veel meer zie ik er naar uit om over een maandje Anouk te ontmoeten in Bangkok, om een maand lang een belangrijk deel van thuis dichtbij te hebben. Ik weet echter zeker dat ik de afgelopen tijd in Indonesie nooit zal vergeten, en dat ik zeker nog eens terug kom naar dit geweldige land. In Indonesie zijn de mensen er aan gewend om te wachten. Bussen vertrekken nooit op tijd en bij een afspraak moet ervan worden uitgegaan dat iemand een uur te laat kan komen. Indonesiers worden nooit ongeduldig en niet snel boos, iets dat voor ons westerlingen heel moeilijk te leren is. Toen ik in het begin van mijn reis lang moest wachten of te veel geld moest betalen, had ik het gevoel dat ik zeer onterecht behandeld werd. Ondertussen heb ik geleerd dat niets verwachten alles verandert, en glimlachen hier de oplossing voor alles is. Het is gebeurd dat de bestuurder van een motortaxi mij eerst een veel te hoge prijs vroeg, om me uiteindelijk niks te laten betalen omdat het zo gezellig was. Nog steeds wordt ik ongeduldig als een bus een uur te laat vertrekt, maar het moment dat ik me er aan overgeef komt een stuk sneller.

Zo heb ik geloof ik de belangrijkste dingen wel opgeschreven. Mijn doel is over twee weken een nieuw verslag te schrijven, waardoor het niet zo belachelijk lang wordt en ik geen vier uur achter een computer hoef te zitten. Ik hoop opnieuw al het nieuws en alle gewone dingen die jullie meemaken te horen, door zo in het Nederlands te schrijven mis ik iedereen en krijg ik zin in het moment dat ik op schiphol uit het vliegtuig stap. Nu is het tijd voor mijn tweede yoga les van vandaag, hopelijk werkt mijn lichaam nog een beetje mee. Ik hoop van jullie te horen!

Heel veel liefs,

Roos

  • 28 November 2012 - 10:47

    Sophie:

    wat een geweldig verhaal roos, het klinkt alsof het je erg goed doet allemaal en de dingen die je meemaakt.... heerlijk en wat een ervaring. ik kan niet wachten tot ik je uitgebreid kan spreken over dit alles. heeeel veel plezier en ik kijk uit naar je volgende verslag. xxxxxxxx

  • 28 November 2012 - 11:19

    Annemiek:

    Lieve Roos,
    Wat een prachtige inkijk in je reiswereld. Dank voor het deelgenoot maken van je ervaringen en levenslessen. Interessant en leuk om te lezen. Ik heb de atlas erbij gehaald om al je stappen na te gaan. Toch een geweldige tijd lijkt me. Wat een levenservaring, mensenkennis en vorming die je opdoet... Oh echt om te benijden hoor. Ik heb gehoord dat op Bali de zuiverste lucht aanwezig is. Ik hoop in april naar Bali te gaan voor oa joga, jaja, weet Jos ook nog niks van. Je bent de eerste die ik het laat weten trouwens (haha).
    Lieve Roos, nog een heel fijne tijd toegewenst en ik zie uit naar je vervolg......toitoittoi
    Annemiek

  • 28 November 2012 - 20:36

    Trudy:

    wat een ontzettend leuk en lekker leesbaar verslag, Roos.
    Ik geniet van je observaties en de keuzes die je maakt. Wat een mooie ervaring!
    veel plezier en mooie belevenissen wens ik je toe, Trudy

  • 28 November 2012 - 21:35

    Papa:

    Ha die lieve dochter, wat een prachtig verslag heb je weer geschreven. Ik lees het met grote gretigheid en ben onder de indruk van alles wat je meemaakt en ervaart. Dat ontroert me en dit is een geweldig verjaardagskado. Heel veel liefs en veel plezier bij het vervolg in Ubud. Papa

  • 28 November 2012 - 22:07

    Renée:

    Lieve Roos, wat een geweldige jaloezie opwekkende reis ben je aan het maken! Meid, ik vind je ongelooflijk stoer, stapt zo even met backpack achter op de motortaxi, hup met de boot oversteken naar het volgende eiland, dan weer snorkelen, dan weer tot diep in de nacht dansen... En dan al die mensen die je ontmoet en met wie je op pad bent geweest. Ik vind het heel mooi hoe je beschrijft dat je terug in Ubud tot allerlei nieuwe inzichten komt. Vergeet niet brem te drinken daar (heerlijk drankje, ken je het al?) en misschien kun je nog ergens aanschuiven bij een gamelan- of dansrepetitie... Heel veel plezier met wat nog op je pad komt! Veel liefs, Renée

  • 03 December 2012 - 21:06

    Aniet:

    Wauw, Roos, wat maak je veel mee! Ik heb je verslag weer ademloos gelezen.
    Veel liefs en goede reis verder!
    Aniet

  • 08 September 2013 - 05:15

    Sheila:

    Hallo roos,je kent mij niet maar ik kwam toevallig op jou site terecht doordat ik aan het Googlen was.ik verblijf nu zelf ook een maand indonesie.ik weet dat het bij jou al eventjes geleden is,maar weet je nog toevallig de naam van je fijne verblijf bij die familie in ubud? Ik hoop dat je even wilt reageren.gr sheila

  • 08 September 2013 - 05:15

    Sheila:

    Hallo roos,je kent mij niet maar ik kwam toevallig op jou site terecht doordat ik aan het Googlen was.ik verblijf nu zelf ook een maand indonesie.ik weet dat het bij jou al eventjes geleden is,maar weet je nog toevallig de naam van je fijne verblijf bij die familie in ubud? Ik hoop dat je even wilt reageren.gr sheila

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Indonesië, Ubud

Mijn eerste reis

Recente Reisverslagen:

28 November 2012

Bali, Lombok, Gili, Sumbawa en FLores

02 November 2012

Java en Bali

02 November 2012

Java en Bali
Roos

Actief sinds 02 Nov. 2012
Verslag gelezen: 2567
Totaal aantal bezoekers 7998

Voorgaande reizen:

15 Oktober 2012 - 03 Maart 2013

Mijn eerste reis

02 November 2012 - 31 December 2012

Mijn eerste reis

Landen bezocht: